Onderzoekers aan Harvard University en Tsinghua University hebben ontdekt dat afval – zoals huishoudelijk restmateriaal – ingezet kan worden om vliegtuigenbrandstof te maken.
De luchtvaartsector kampt met een aanzienlijk klimaatprobleem: vliegtuigen veroorzaken ongeveer 2,5 % van de wereldwijde CO₂-uitstoot. Omdat elektrisch vliegen voor grote toestellen en lange trajecten voorlopig niet praktisch is, geldt duurzame vliegtuigbrandstof vooralsnog als de beste optie. Deze brandstof is echter nu nog erg kostbaar om te produceren.
Het grote voordeel: van afval is er volop beschikbaar, veel meer dan van plantaardige of gebruikte olie waar veel huidige duurzame brandstoffen op gebaseerd zijn.
Volgens de onderzoekers leidt hun uitvinding tot een CO₂-uitstootvermindering van zo’n 80 tot 90 % ten opzichte van gewone kerosine. Wereldwijd zou het huisvuil uit kunnen maken voor zo’n 16 % van alle vluchten. Voor Europa zou het zelfs de volledige doelstelling voor 2030 kunnen dekken. Grote steden zoals Beijing, Shanghai, Caïro en New York zouden elk jaar meer dan 100.000 ton vliegtuigbrandstof uit hun eigen afval kunnen produceren.
vrijdag 14 november 2025
woensdag 12 november 2025
Noorse waterstof-gok blijkt een misser: 40× hogere CO₂-uitstoot dan elektrisch alternatief
Hoewel Norled in Noorwegen grootse plannen had met de eerste vloeibare-waterstofveerboot ter wereld, de MF Hydra, blijkt het project uit te draaien op een ecologische én financiële flop. In het land dat vooroploopt in de elektrische revolutie rijdt Noorled juist een rigoureus verkeerd spoor.
De boot kostte zo’n 29 miljoen euro, terwijl het batterij-alternatief, de MF Nesvik, slechts 20 miljoen euro kostte. De jaarlijkse brandstofkosten van de Hydra bedragen circa 1,4 miljoen euro, tegenover minder dan 100.000 euro voor de accu-variant.
Ecologisch gezien is het plaatje nog pijnlijker: de grijze waterstof voor de Hydra wordt aangeleverd per vrachtwagen over 1.300 km vanuit Duitsland, gecombineerd met inefficiëntie in brandstofcel en enige lekkage. Resultaat: de Hydra stoot twee keer zoveel CO₂ uit als een vergelijkbare dieselboot — en maar liefst veertig keer zoveel als de batterijveervariant.
Volgens de analyse van CleanTechnica had Norled met de bespaarde middelen twee extra elektrisch aangedreven veerboten kunnen aanschaffen én tussen 900 en 1.300 ton CO₂ per jaar kunnen besparen.
Het project illustreert waarom grootschalige inzet van waterstof in sectoren waar al schonere alternatieven bestaan — zoals batterijen voor boten — niet vanzelfsprekend een duurzame keuze is. De waterstoflobby blijft aandringen, maar het bewijsmateriaal voor efficiency en milieuwinst blijft achter.
De boot kostte zo’n 29 miljoen euro, terwijl het batterij-alternatief, de MF Nesvik, slechts 20 miljoen euro kostte. De jaarlijkse brandstofkosten van de Hydra bedragen circa 1,4 miljoen euro, tegenover minder dan 100.000 euro voor de accu-variant.
Ecologisch gezien is het plaatje nog pijnlijker: de grijze waterstof voor de Hydra wordt aangeleverd per vrachtwagen over 1.300 km vanuit Duitsland, gecombineerd met inefficiëntie in brandstofcel en enige lekkage. Resultaat: de Hydra stoot twee keer zoveel CO₂ uit als een vergelijkbare dieselboot — en maar liefst veertig keer zoveel als de batterijveervariant.
Volgens de analyse van CleanTechnica had Norled met de bespaarde middelen twee extra elektrisch aangedreven veerboten kunnen aanschaffen én tussen 900 en 1.300 ton CO₂ per jaar kunnen besparen.
Het project illustreert waarom grootschalige inzet van waterstof in sectoren waar al schonere alternatieven bestaan — zoals batterijen voor boten — niet vanzelfsprekend een duurzame keuze is. De waterstoflobby blijft aandringen, maar het bewijsmateriaal voor efficiency en milieuwinst blijft achter.
dinsdag 11 november 2025
Fryslân in beroep tegen langer en meer gaswinning bij Oppenhuizen
Friese overheden gaan samen in beroep tegen het besluit van de minister van Klimaat en Groene Groei dat Vermilion Energy B.V. meer en langer aardgas mag winnen uit de velden bij Oppenhuizen. De minister stemde op 29 september 2025 in met dit geactualiseerde gaswinningsplan. Dit besluit schuift de eerder door Fryslân ingebrachte negatieve adviezen en zienswijzen opzij. Vermilion mag nu dus fors meer en langer aardgas winnen bij Oppenhuizen.
Het lopende winningsplan Oppenhuizen ging ervan uit dat zo’n 300 miljoen kuub gas aanwezig was en dat hiervan 20 tot 60 procent gewonnen zou worden. Op basis van het geactualiseerde winningsplan verwacht Vermilion Energy B.V. nu tot 2038 zo’n 676 miljoen kuub aardgas uit de velden Oppenhuizen, Oppenhuizen-Zuid en Oppenhuizen-Noord te kunnen winnen.
Remco van Maurik, dagelijks bestuurslid van Wetterskip Fryslân: “Fryslân maakt zich grote zorgen. De minister moet zorgvuldig kijken naar alle belangen die er spelen in dit kwetsbare veengebied. Economisch belang gaat niet boven alles. Met dit besluit geeft de minister de beperkte ruimte in het watersysteem weg, omdat de bodem door de gaswinning extra daalt. Die ruimte hebben we hard nodig om de gevolgen van veenoxidatie, extreme neerslag en verdroging op te vangen. Voor de waterhuishouding, natuur en landbouw is elke centimeter bodemdaling door gaswinning één te veel.”
Gedeputeerde Friso Douwstra van de provincie Fryslân: “Er is geen draagvlak voor gaswinning in Fryslân, zeker niet in kwetsbare veenweidegebieden. Toch worden er nieuwe vergunningen afgegeven door de minister, wat ook een bevoegdheid van de rijksoverheid is. Naast dat er gewonnen wordt vloeien er geen baten naar daar waar het gewonnen wordt, daar blijven we voor strijden”.
Gemeenten Súdwest-Fryslân en De Fryske Marren, provincie Fryslân en Wetterskip Fryslân willen meer en langere gaswinning bij Oppenhuizen voorkomen. Ze dienen daarom (pro forma) beroep in tegen het besluit van de minister. Wetterskip Fryslân is gemachtigd om het beroep namens de vier Friese overheden in te dienen. Alle Friese overheden werken samen in de zogenaamde Friese Mijnbouwtafel.
In mei 2025 dienden de Friese overheden gezamenlijk beroep in tegen de al door de minister verleende omgevingsvergunningen voor de aanleg van gaspijpleidingen en extra boorlocaties. Dit beroep loopt nog bij de rechtbank Noord-Nederland. Daar komt dus deze beroepsprocedure bij de Raad van State bij. In juni 2025 dienden de vier Friese overheden ieder apart een zienswijze in tegen het ontwerp-besluit tot goedkeuring van het nieuwe winningsplan. Tegen het definitieve instemmingsbesluit van de minister wordt nu gezamenlijk beroep bij de Raad van State ingesteld.
Het lopende winningsplan Oppenhuizen ging ervan uit dat zo’n 300 miljoen kuub gas aanwezig was en dat hiervan 20 tot 60 procent gewonnen zou worden. Op basis van het geactualiseerde winningsplan verwacht Vermilion Energy B.V. nu tot 2038 zo’n 676 miljoen kuub aardgas uit de velden Oppenhuizen, Oppenhuizen-Zuid en Oppenhuizen-Noord te kunnen winnen.
Remco van Maurik, dagelijks bestuurslid van Wetterskip Fryslân: “Fryslân maakt zich grote zorgen. De minister moet zorgvuldig kijken naar alle belangen die er spelen in dit kwetsbare veengebied. Economisch belang gaat niet boven alles. Met dit besluit geeft de minister de beperkte ruimte in het watersysteem weg, omdat de bodem door de gaswinning extra daalt. Die ruimte hebben we hard nodig om de gevolgen van veenoxidatie, extreme neerslag en verdroging op te vangen. Voor de waterhuishouding, natuur en landbouw is elke centimeter bodemdaling door gaswinning één te veel.”
Gedeputeerde Friso Douwstra van de provincie Fryslân: “Er is geen draagvlak voor gaswinning in Fryslân, zeker niet in kwetsbare veenweidegebieden. Toch worden er nieuwe vergunningen afgegeven door de minister, wat ook een bevoegdheid van de rijksoverheid is. Naast dat er gewonnen wordt vloeien er geen baten naar daar waar het gewonnen wordt, daar blijven we voor strijden”.
Gemeenten Súdwest-Fryslân en De Fryske Marren, provincie Fryslân en Wetterskip Fryslân willen meer en langere gaswinning bij Oppenhuizen voorkomen. Ze dienen daarom (pro forma) beroep in tegen het besluit van de minister. Wetterskip Fryslân is gemachtigd om het beroep namens de vier Friese overheden in te dienen. Alle Friese overheden werken samen in de zogenaamde Friese Mijnbouwtafel.
In mei 2025 dienden de Friese overheden gezamenlijk beroep in tegen de al door de minister verleende omgevingsvergunningen voor de aanleg van gaspijpleidingen en extra boorlocaties. Dit beroep loopt nog bij de rechtbank Noord-Nederland. Daar komt dus deze beroepsprocedure bij de Raad van State bij. In juni 2025 dienden de vier Friese overheden ieder apart een zienswijze in tegen het ontwerp-besluit tot goedkeuring van het nieuwe winningsplan. Tegen het definitieve instemmingsbesluit van de minister wordt nu gezamenlijk beroep bij de Raad van State ingesteld.
maandag 10 november 2025
Vaste 1-jaars gastarieven 15 procent lager dan in 2024
De daling van de maandelijkse gemiddelde leveringstarieven voor stroom en gas zet ook in oktober door. De gemiddelde gasprijzen, zowel variabel als vast bleven nagenoeg gelijk. De vaste stroomprijzen zijn in oktober licht gedaald ten opzichte van september. Jaar-op-jaar zijn de prijzen, voor zowel stroom als gas, flink gedaald voor de 1-jaars contracten. Vaste 1-jaars gasprijzen liggen zelfs bijna 15 procent lager dan in oktober 2024. Dat blijkt uit de Barometer Energie van prijsvergelijker Pricewise.
1-jaars vaste kale tarieven zijn met maar liefst 14,7 procent gedaald ten opzichte van oktober 2024. Ook variabele tarieven daalden met 5,2 procent. Daarentegen stijgen de 3-jaars vaste tarieven met 2,1 procent.
De gemiddelde prijsdaling bij gas van de afgelopen maanden zet door. De prijzen zijn wel minder hard gedaald. Vast 1-jaar daalde met 1,9 procent. 3-jaar en variabel bleef nagenoeg gelijk.
Deze daling hangt ongetwijfeld samen met de lagere TTF-gasprijzen (Nederlandse handelsbeurs) in de maand oktober. De TTF-beursprijs voor gas bewoog rond de 32 euro per megawattuur, ondanks de tijdelijke productiebeperkingen in Noorwegen en de voortdurende oorlog in Oekraïne. Dankzij een goedgevulde Europese en Nederlandse gasvoorraad bleef de markt relatief kalm.
De gemiddelde vaste stroomprijzen daalden licht. 1-jaars vaste tarieven daalden met 2,5 procent en 3-jaar vast met 2 procent. Variabele tarieven stegen daarentegen weer met 4,4 procent.
Ten opzichte van oktober 2024 zijn de gemiddelde stroomprijzen allemaal gedaald. De daling die we al een tijdje zien, zet dus door. Variabele tarieven zijn in oktober 2025 ten opzichte van oktober 2024 met 2,5 procent gedaald.
Daarnaast hebben de recente Russische aanvallen op Oekraïense gasinstallaties half oktober grote gevolgen voor de energievoorziening in Oekraïne én voor de gasprijzen in Europa, waaronder Nederland.
Door de schade aan de infrastructuur moet Oekraïne naar verwachting nu juist 30% meer gas importeren uit Europa om de winter door te komen, terwijl Oekraïne normaal gesproken een doorvoer- of exportland is. De gasopslag in het land ligt momenteel ver onder het historische gemiddelde, wat de urgentie vergroot. De import zal voornamelijk bestaan uit duur vloeibaar gas (LNG).
De kans is groot dat de gasprijzen in Nederland en andere EU-landen zullen fluctueren, vooral als de winter streng wordt en deze niet-voorziene importvraag verder toeneemt.
Hans de Kok, expert van Pricewise: “De komende winter verwachten we weer prijsschommelingen. De Europese voorraden zijn goed gevuld, maar geopolitieke risico's blijven een factor. Deze kunnen de prijsbesparing voor consumenten deels tenietdoen. Het blijft daarom verstandig om de markt actief te blijven volgen en tijdig over te stappen als vaste tarieven gunstig uitvallen. Dat lijkt nu het geval voor met name de 1-jaars vaste contracten voor gas en stroom.”
1-jaars vaste kale tarieven zijn met maar liefst 14,7 procent gedaald ten opzichte van oktober 2024. Ook variabele tarieven daalden met 5,2 procent. Daarentegen stijgen de 3-jaars vaste tarieven met 2,1 procent.
De gemiddelde prijsdaling bij gas van de afgelopen maanden zet door. De prijzen zijn wel minder hard gedaald. Vast 1-jaar daalde met 1,9 procent. 3-jaar en variabel bleef nagenoeg gelijk.
Deze daling hangt ongetwijfeld samen met de lagere TTF-gasprijzen (Nederlandse handelsbeurs) in de maand oktober. De TTF-beursprijs voor gas bewoog rond de 32 euro per megawattuur, ondanks de tijdelijke productiebeperkingen in Noorwegen en de voortdurende oorlog in Oekraïne. Dankzij een goedgevulde Europese en Nederlandse gasvoorraad bleef de markt relatief kalm.
De gemiddelde vaste stroomprijzen daalden licht. 1-jaars vaste tarieven daalden met 2,5 procent en 3-jaar vast met 2 procent. Variabele tarieven stegen daarentegen weer met 4,4 procent.
Ten opzichte van oktober 2024 zijn de gemiddelde stroomprijzen allemaal gedaald. De daling die we al een tijdje zien, zet dus door. Variabele tarieven zijn in oktober 2025 ten opzichte van oktober 2024 met 2,5 procent gedaald.
Daarnaast hebben de recente Russische aanvallen op Oekraïense gasinstallaties half oktober grote gevolgen voor de energievoorziening in Oekraïne én voor de gasprijzen in Europa, waaronder Nederland.
Door de schade aan de infrastructuur moet Oekraïne naar verwachting nu juist 30% meer gas importeren uit Europa om de winter door te komen, terwijl Oekraïne normaal gesproken een doorvoer- of exportland is. De gasopslag in het land ligt momenteel ver onder het historische gemiddelde, wat de urgentie vergroot. De import zal voornamelijk bestaan uit duur vloeibaar gas (LNG).
De kans is groot dat de gasprijzen in Nederland en andere EU-landen zullen fluctueren, vooral als de winter streng wordt en deze niet-voorziene importvraag verder toeneemt.
Hans de Kok, expert van Pricewise: “De komende winter verwachten we weer prijsschommelingen. De Europese voorraden zijn goed gevuld, maar geopolitieke risico's blijven een factor. Deze kunnen de prijsbesparing voor consumenten deels tenietdoen. Het blijft daarom verstandig om de markt actief te blijven volgen en tijdig over te stappen als vaste tarieven gunstig uitvallen. Dat lijkt nu het geval voor met name de 1-jaars vaste contracten voor gas en stroom.”
donderdag 6 november 2025
Toyota Tacoma H2 Overlander Concept rijdt op waterstof, en maakt zijn eigen water
De gloednieuwe Tacoma H2-Overlander Concept van Toyota combineert off-road vermogen met duurzame technologieën. Het is een robuuste pickup gebouwd op het TNGA-F platform en uitgerust met zowel een waterstofbrandstofcel-systeem als een lithium-ion batterijpakket. Het resultaat: een systeemvermogen van 547 pk.
Onder de body bevinden zich drie waterstoftanks met een totale capaciteit van 6 kg, gekoppeld aan de brandstofcel uit de tweede generatie van de Toyota Mirai. Die brandstofcel zorgt ervoor dat de enige uitstoot uit de uitlaat zuiver water is.
Een van de meest opvallende innovaties is het door TRD (Toyota Racing Development) ontwikkelde uitlaatsysteem dat water opvangt en filtreert — het geproduceerde water kan gebruikt worden voor wassen of douchen bij off-grid-toepassingen (hoewel drinken ervan niet wordt aanbevolen).
Op technisch vlak is de truck voorzien van een geavanceerd onderstel en uitrusting voor echt terreingebruik: lange veerwegen, Fox 2.5 Performance Elite schokken, 35-inch terreinbanden en hydraulisch remwerk afkomstig van de grotere Tundra.
Daarnaast beschikt het voertuig over een 15 kW ‘power take-off’ systeem waarmee apparatuur kan worden aangesloten — of zelfs twee EV’s tegelijkertijd geladen kunnen worden via duale NEMA 14-50 stopcontacten. 
Hoewel het hier om een conceptmodel gaat en productieplannen nog niet bekend zijn, laat Toyota hiermee zien dat waterstofbrandstofceltechnologie niet alleen geschikt is voor stadsauto’s, maar ook voor avontuurlijke off-road voertuigen met hoge prestaties.
Onder de body bevinden zich drie waterstoftanks met een totale capaciteit van 6 kg, gekoppeld aan de brandstofcel uit de tweede generatie van de Toyota Mirai. Die brandstofcel zorgt ervoor dat de enige uitstoot uit de uitlaat zuiver water is.
Een van de meest opvallende innovaties is het door TRD (Toyota Racing Development) ontwikkelde uitlaatsysteem dat water opvangt en filtreert — het geproduceerde water kan gebruikt worden voor wassen of douchen bij off-grid-toepassingen (hoewel drinken ervan niet wordt aanbevolen).
Op technisch vlak is de truck voorzien van een geavanceerd onderstel en uitrusting voor echt terreingebruik: lange veerwegen, Fox 2.5 Performance Elite schokken, 35-inch terreinbanden en hydraulisch remwerk afkomstig van de grotere Tundra.
Daarnaast beschikt het voertuig over een 15 kW ‘power take-off’ systeem waarmee apparatuur kan worden aangesloten — of zelfs twee EV’s tegelijkertijd geladen kunnen worden via duale NEMA 14-50 stopcontacten. 
Hoewel het hier om een conceptmodel gaat en productieplannen nog niet bekend zijn, laat Toyota hiermee zien dat waterstofbrandstofceltechnologie niet alleen geschikt is voor stadsauto’s, maar ook voor avontuurlijke off-road voertuigen met hoge prestaties.




