donderdag 31 december 2015

Distributiecentrum L'Oréal gaat op biogas draaien

Het Franse cosmeticaconcern L'Oréal laat zijn distrubutiecentrum in Alphen aan den Rijn vanaf 2016 biogas gebruiken. Het groene gas wordt geleverd door Greenchoice. Volgens Greenchoice is L'Oréal een van de eerste grote bedrijven die biogas afnemen. Biogas ontstaat door vergisting van biomassa, zoals mest of huis- en tuinafval. Doordat de biomassa al evenveel CO2 heeft opgenomen als bij de verbranding vrijkomt, is het gas CO2-neutraal.

dinsdag 22 december 2015

'Centrales met biomassa zijn verspilling'

Vier Belgische milieuorganisaties trekken met een nieuw rapport in de hand naar energieminister Annemie Turtelboom (Open Vld). "De nieuwe biomassacentrales zijn onbetaalbaar en totaal onnodig." Op dit ogenblik zijn er plannen voor twee grote biomassacentrales in Vlaanderen (Gent en Langerlo) en één in Wallonië (Les Awirs). Als deze projecten gerealiseerd worden, zal meer dan de helft van alle geproduceerde groene stroom in Vlaanderen uit deze centrales komen.

maandag 21 december 2015

Vergunning Zutphense biomassa centrale onterecht

De aangevraagde omgevingsvergunning voor een biomassacentrale in Zutphen past niet binnen de voorschriften van de bouwverordening. Tot dat oordeel komt de rechtbank. Volgens de rechtbank wordt niet voldaan aan de voorwaarden van de bouwverordening om van de voorschriften van de bouwverordening af te wijken

'Rotterdamse CO2 kan glastuinbouw verder verduurzamen'

De Nederlandse glastuinbouwsector kan verder verduurzamen door gebruik te maken van CO2 uit het Rotterdam Opslag en Afvang Demonstratieproject (Road). Dat meldt Kas als Energiebron op basis van onderzoek van TNO waarin de kansen voor extra CO2-bronnen voor de glastuinbouw zijn verkend. Volgens het onderzoeksinstituut is CO2 uit het Road-project de aantrekkelijkste optie om op korte termijn de CO2-levering naar de Nederlandse glastuinbouwsector te verhogen.

vrijdag 11 december 2015

Nieuwe normen biogas op komst

De komst van twee nieuwe normen op het gebied van biogas heeft een nieuwe impuls gekregen. Tijdens een ISO-vergadering van ISO/TC 255 'Biogas' in Delft, waar NEN de gastheer was, werd verder besloten normen voor twee andere onderwerpen te ontwikkelen. Momenteel ontwikkelt ISO/TC 255 twee normen: een norm voor 'Termen, definities en classificaties van biogasinstallaties', en een andere voor 'Fakkels voor biogasinstallaties'.

Straks vloeibaar biogas tanken in Pesse


Pesse wordt het eerste vulpunt voor vloeibaar biogas (Bio-LNG) voor vrachtwagens gebouwd. De provincie Drenthe stelt 250.000 euro beschikbaar. Rolande LNG BV legt het vulpunt aan bij het duurzame tankstation Green Planet in Pesse. Daarmee is een investering van 1,5 miljoen euro gemoeid. Het gas wordt rechtstreeks per leiding aangevoerd van de VAM-berg van Attero in Wijster.

maandag 7 december 2015

Zaans Medisch Centrum verwerkt ziekenhuisafval duurzaam

Het Zaans Medisch Centrum gaat ziekenhuisafval en afvalwater op een duurzame wijze verwerken door gebruik te maken van het Pharmafilter-systeem. Hiermee gaat het ziekenhuis onder meer gezuiverd water hergebruiken. In de vermalers van het Pharmafilter-systeem gaan medewerkers van het Zaans Medisch Centrum (ZMC) onder andere biologisch afbreekbare beddenpo’s en urinalen, specifiek ziekenhuisafval en overgebleven voedsel deponeren. Zo wordt het ziekenhuisafval door de installatie voor een groot deel op biologische wijze afgebroken.

maandag 23 november 2015

Eerste commercieel geproduceerde groen gas uit 100 procent rundermest op Nederlands gasnet

Ras en Zonen VOF uit Den Bommel levert als eerste agrarisch bedrijf in Nederland groen gas uit 100 procent rundermest aan het aardgasnet. Niet eerder wist een agrarisch bedrijf pure rundermest op commerciële basis om te zetten in biogas en dit rendabel op te werken naar groen gas van aardgaskwaliteit. Energieleverancier Essent neemt de gehele productie van ongeveer 200.000 m3 groen gas per jaar af. Zij voorziet dat op termijn door mestvergisting 1 miljard m3  groen gas per jaar in Nederland kan worden geproduceerd.

Door de afschaffing van het melkquotum kunnen agrariërs hun veestapel uitbreiden. Daar staat een mestverwerkingsverplichting tegenover. Dat houdt in dat er minder nitraat en fosfaat uit rundermest in de bodem en het grondwater terecht mag komen. Deze ontwikkeling doet een beroep op agrarische bedrijven om een oplossing te vinden voor hun mestvoorraden.

Essent is de eerste energieleverancier in Nederland die een kant-en-klare dienst voor groen gas invoeding aan agrariërs kan leveren, waardoor het eenvoudig is om mono-mestvergisters op boerderijniveau te exploiteren. Zo neemt Essent onder meer de administratieve taken en de marktrisico's uit handen. Ook neemt zij de volledige productie van het geproduceerde gas af en sluit zij naadloos aan op de gasprijzen zoals die in de SDE+ subsidie worden verrekend. Met dit pakket aan diensten kan Essent voorzien in de individuele behoeften van de vergisters en ontzorgt zij de producent zoveel mogelijk.

vrijdag 13 november 2015

Biogas van ontlasting kan 138 miljoen huishoudens stroom geven

De Verenigde Naties stellen dat als alle menselijke ontlasting wereldwijd wordt ingezet om biogas te maken, er minimaal 138 miljoen huishoudens elektriciteit kunnen krijgen. Het rapport 'Valuing Human Waste as an Energy Resource' is opgesteld door de United Nations University. Als de menselijke ontlasting wordt benut voor het genereren van biogas, kunnen vooral ontwikkelingslanden flinke slagen maken met het verbeteren van de elektriciteitsvoorziening. De waarde van het biogas ligt op een geschatte $ 8,5 mrd.

Startups Algreen en Sesolo Mello ontvangen een StartLife microkrediet

De startups Algreen en Sesolo Mello, mede-opgericht door studenten van Wageningen University, ontvingen deze week een StartLife microkrediet. Met deze lening gaan zij de algenmarkt verkennen en de mogelijkheden bekijken om in Zuid-Afrika paraffine-olie, dat gebruikt wordt om te koken, te vervangen door een biobrandstof geproduceerd met lokaal afval.

Hendrik Staarink en masterstudent Stefano Canziani delen een passie voor algen en hebben Algreen in april 2015 opgericht. Deze zomer hebben ze een productiefaciliteit opgezet voor de eetbare microalg Spirulina op Wageningen Campus. Ook vonden ze een kantoor bij student incubator StartHub. Hendrik: "In 2015 hebben we de productie verbeterd, certificering aangevraagd voor het produceren van humaan voedsel en een aantal klanten gevonden. Onze volgende doel is het vergroten van het aantal klanten. We gaan de microkrediet inzetten om publiciteit te genereren en te investeren in onze internationale salesactiviteiten”. 

Sesolo Mello is opgericht door vier ‘mannen’ en heeft een duidelijke missie: de paraffine-olie die wordt gebruikt om te koken in gemeenschappen met een laag inkomen vervangen door een biobrandstof die geproduceerd wordt met lokaal afval. Medeoprichter Jacob Bussmann en student bij Wageningen University: "Bij het koken op paraffine-olie komen veel giftige stoffen vrij. Dit is schadelijk voor de gezondheid en het milieu. In 2016 gaan we een pilotproject opzetten in een township vlakbij Cape Town in Zuid-Afrika. Voorafgaand aan de pilot gaan we in gesprek met bewoners om de behoeftes die ze hebben te achterhalen en hier onze productiefaciliteit op aan te passen. Eind 2016 willen we beginnen met opschalen zodat ook andere townships van ons idee kunnen profiteren.”

maandag 9 november 2015

Van poep tot kunstmest

Provincie Gelderland investeert € 60.000 euro in het Interreg project ‘Mest op Maat’, een initiatief van de Fachhochschule in Münster. Samen met ondernemers in de grensregio ontwikkelen zij goedkope en schone technieken om dierlijke mest te verwerken tot een hoogwaardige kunstmestvervanger.  

In de veehouderij in het grensgebied tussen Nederland en Duitsland is sprake van een mestoverschot dat tegen hoge kosten moet worden afgezet in tekortgebieden. Door dierlijke mest te verwerken tot een kunstmestvervanger wordt mest niet meer gebruikt als afvalstof maar als grondstof. Bovendien wordt bij de verwerking van dierlijke mest groen gas geproduceerd, terwijl voor de verwerking van kunstmest veel energie nodig is.

Agrariërs mogen maar een beperkte hoeveelheid dierlijke mest uitrijden. Daarnaast zijn zij aangewezen op kunstmest: duur en energie-intensief. De Fachhochschule ontwikkelt technieken op maat voor verschillende soorten bedrijven. Hiermee kan de boer straks zijn eigen schone kunstmestvervanger maken: ‘groene kunstmest’. Mestoverschotten kunnen dan eenvoudig worden vervoerd naar tekortgebieden in binnen- en buitenland.

Gedeputeerde Michiel Scheffer is enthousiast over deze grensoverschrijdende samenwerking: 'Landbouw zonder kunstmest is schoon en goedkoop. Groene kunstmest verkleint het mestoverschot, drukt de kosten van de mestafzet en levert groen gas op. Goed voor de portemonnee en goed voor het milieu!'

dinsdag 3 november 2015

Extra geld naar biobased economie

De provincie Zuid-Holland heeft als ambitie om de overgang naar een biobased economie te versnellen. Wat is er voor nodig om biomassa de plaats te laten innemen van fossiele grondstoffen in allerlei productieprocessen? Hoe zorgen we ervoor dat biomassa een substantiele rol krijgt bij de vervaardiging van (transport)brandstoffen? Dat lukt alleen als overheden, kennisinstellingen en bedrijfsleven beter samenwerken. Daarom stelt de provincie twee netwerksubsidies van elk €300.000 beschikbaar, dus €600.000 in totaal.

De subsidies zijn bedoeld om samenwerking te bevorderen waardoor innovaties toepassing vinden in marktrijpe producten. De innovatie kan van een kennisinstelling komen, maar ook van een starter of een gevestigd bedrijf. Het gaat om cofinanciering tot een maximum van 40%. Kennis­instellingen en bedrijven dragen samen de resterende 60% bij, meestal in de vorm van beschikbaar gestelde arbeid, materialen of faciliteiten.

Biomassa gaat een steeds grotere rol spelen bij de productie van bijvoorbeeld medicijnen, cosmetica en smaakstoffen. Planten en bomen worden speciaal voor hun ‘plantinhoudstoffen’ geteeld. Soms gaat het om traditionele teeltgewassen, soms om wilde gewassen. De eerste netwerksubsidie komt ten goede aan het bevorderen van dit soort hoogwaardige toepassingen.

De biodiversiteit in de wereld is nog grotendeels een onontgonnen goudmijn, waardoor er veel mogelijkheden zijn voor bedrijven, overheden en kennisinstellingen om tot nieuwe product-marktcombinaties te komen. Hierdoor ontstaan nieuwe verdienmodellen voor de Zuid-Hollandse greenports.

Biomassa gaat steeds vaker steenkool, olie een aardgas vervangen bij de productie van brandstoffen, kunststoffen, bouwmaterialen en verpakkingsmiddelen. We spreken van ‘groene chemische bouwstenen’. De tweede netwerksubsidie komt ten goede aan het bij elkaar brengen van partijen die een rol spelen bij het ontwikkelen en toepassen van groene chemische bouwstenen, onder meer afkomstig uit hout. Met de subsidie wordt verder het LaunchLab van Yes!Delft uitgebreid zodat ook biobased ondernemers gebruik kunnen maken van deze voorziening.

De provincies Zuid-Holland, Noord-Brabant en Zeeland willen gezamenlijk uitgroeien tot een mondiale topregio op het gebied van de biobased economie. Ze werken samen onder de vlag Biobased Delta. De Stichting Biobased Delta Zuid-Holland ontvangt de netwerksubsidies en zorgt voor een verantwoorde besteding van het geld. De stichting richt zich in het bijzonder op de thema’s 'Plantinhoudsstoffen uit de tuinbouw' en 'Groene chemische bouwstenen'.

De netwerksubsidies voor het eerste thema worden besteed in samenwerking met het Kenniscentrum Plantenstoffen. De netwerksubsidies voor het tweede thema worden besteed in samenwerking met het publiek-private programma BE-Basic.

maandag 2 november 2015

Green Deal met Bio Energy Hartlief- Lammers BV

De provincie Drenthe heeft een Drentse Green Deal gesloten met Bio Energy Hartlief-Lammers. Het bedrijf gaat een samenwerking aan om de biovergister in Donderen te moderniseren. Binnen de Green Deal is 200.000 euro als lening en 64.000 euro als subsidie gereserveerd voor twee innovatieve projecten die de vergistingsketen gaan versterken. Het initiatief draagt bij aan de provinciale doelstellingen op het gebied van energie, duurzaamheid en economie.

Bio Energy Hartlief-Lammers BV wil in samenwerking met PROCES-Groningen, haar bedrijfsproces optimaliseren en het energierendement verbeteren. Laagwaardige reststromen zoals kippenmest, compost uit de champignonteelt, berm- en natuurgras worden - als goedkoper alternatief voor mais en bietenpulp - verwerkt in een testunit ter grootte van een zeecontainer. Uit proeven op laboratoriumschaal is al aangetoond dat dit concept succesvol is.

Van het restproduct van het vergistingsproces, digestaat genoemd, maakt Hartlief- Lammers duurzame briketten die makkelijker vervoerbaar zijn dan mest en een concurrerend alternatief vormen voor kunstmest in de lokale land- en tuinbouw.

woensdag 28 oktober 2015

Regionale biomassa en regionale afnemers nodig om keten te sluiten

De biomassa die vrijkomt bij groenbeheer zou beter benut kunnen worden. Vooral de toepassingsrichtingen 'biomassa als bodemstructuurverbeteraar' en 'rest-biomassa als bouwmateriaal' lijken vruchtbaar. Om de keten te sluiten blijkt er behoefte aan regionale biomassa enerzijds en regionale afnemers anderzijds. Steeds meer agrariërs kampen met problemen van de bodemvruchtbaarheid. Doordat de afbraak/afvoer van organische stof groter is dan de aanvoer, vermindert de structuur van de bodem, het bodemleven, de beschikbaarheid van nutriënten en het vochtgehalte.

dinsdag 27 oktober 2015

Eneco bouwt kleinere biomassa centrale

Energieleverancier Eneco bouwt een kleinere biomassa warmte-installatie (BWI) op industrieterrein Lage Weide in Utrecht. Hier gaan nog steeds dagelijks maximaal 50 vrachtwagens naar toe rijden. De biomassa (schoon hout en gft-afval) wordt niet aangevoerd per schip, zoals de PPV-fractie in de provincie graag wilde. Te duur en te onrendabel, aldus Eneco.  De BWI gaat geen elektriciteit produceren, maar alleen warmte voor de stadsverwarming in Utrecht.

maandag 26 oktober 2015

BMW laat fabriek in Zuid-Afrika draaien op biogas

BMW heeft een contract gesloten met een leverancier van biogas voor de levering van groen gas aan een Zuid-Afrikaanse fabriek. Het biogas wordt verkregen via mestvergisting. De assemblagefabriek van BMW, 80 kilometer ten noordwesten van de Zuid-Afrikaanse hoofdstad Pretoria, zal minimaal 4,4 megawatt aan biogas inkopen bij BioWatt, meldt persbureau Bloomberg. Dit bedrijf produceert biogas op basis van de mest van de tienduizenden runderen in het gebied. BioWatt vergist ook ander organisch afval.

maandag 12 oktober 2015

EVI opent fabriek voor het drogen van mest

De bouw van de fabriek voor het drogen van mest start begin 2016 op het europark in Coevorden.  De fabriek komt naast de afvalenergiecentrale EVI te liggen. Met behulp van (rest)warmte uit deze centrale wordt ruim 100.000 ton dikke mestfractie ingedroogd tot organische mestkorrels.
 Het betreft een organisch mestproduct waarin de mineralen op duurzame wijze hergebruikt kunnen worden in andere delen van Europa of de wereld.

 "Met behulp van meer laagwaardige stoom die in onze afvalenergiecentrale vrijkomt, is het mogelijk om organische mestkorrels te produceren die door boeren in andere delen van Europa of de wereld kan worden gebruikt voor een beter productie van hun gewassen", vertelt Eric Pot, directeur van de EVI. "Ook realiseren we hiermee een beter energetisch rendement van onze eigen afvalenergiecentrale op het europark."

Biogas van bananen en broodkorstjes

Met weggegooid brood en bananenschillen de school verwarmen. Het klinkt misschien onmogelijk, maar 5 vwo-leerlingen Azita Ghasemi en Simone Treur (allebei 16) hebben hun plan strak uitgedacht. Als het aan hen ligt, stroomt er straks eigenhandig opgewekt biogas door de leidingen van het St. Michaël College. Hun doel: de school verduurzamen.

zondag 11 oktober 2015

Biogas Nistelrode hekelt 'politiek spel' gedeputeerde

Bijna alle problemen rond mestvergister Biogas in Nistelrode zijn opgelost, stelt eigenaar Pieter Hoogendonk. "Van alle verbeterpunten die we moesten doorvoeren is 95 procent afgewerkt." Desondanks bracht het provinciebestuur het bericht naar buiten dat het bedrijf per 5 november wordt gesloten, omdat het maar niet wil voldoen aan de milieuregels. Hoogendonk reageert getergd. "Ik kan niet anders dan concluderen dat gedeputeerde Johan van den Hout er politiek belang bij heeft om ons bedrijf zo lang mogelijk in het verdomhoekje te houden."

zondag 4 oktober 2015

Eerste 100 procent Groengas tankstation in Den Haag

OrangeGas en Total Nederland openden vrijdag het eerste honderd procent Groengas-tankstation aan de Lozerlaan in Den Haag. Groengas is de duurzame variant van aardgas en wordt gemaakt door biogas op te waarderen tot aardgaskwaliteit. 'Hoewel er in Den Haag al wel mogelijkheden waren om aardgas te tanken, ontbrak een Groengas-tankstation', zegt directeur Marcel Borger van OrangeGas.

vrijdag 2 oktober 2015

Milieueffectrapport nodig voor MACE

Gedeputeerde Staten vinden een Milieueffectrapport (MER) nodig voor de vergunningsverlening voor de mestverwerkingsinstallatie van MACE in Sint Anthonis.  Vanwege de grote maatschappelijke onrust in Landhorst streven GS naar transparante besluitvorming met voldoende inspraak, ook op de milieueffecten.

MACE wil een mestverwerkingsinstallatie bouwen met een capaciteit van 500.000 ton per jaar op de locatie van een voormalige veehouderij nabij Landhorst. Vanwege de omvang van het initiatief en de vele intensieve veehouderijen in de buurt is er grote maatschappelijke onrust ontstaan in Venhorst en vooral Landhorst.

Via een MER-procedure verzekeren Gedeputeerde Staten zich ervan dat alle betrokkenen voldoende inspraak hebben en dat de milieuonderzoeken volledig zijn. Verkeersaantrekkende werking, geuroverlast, fijnstof en effluentlozing, evenals cumulatieve effecten worden in een MER vergeleken met de autonome ontwikkeling. Gedeputeerde Anne-Marie Spierings (Agrarische ontwikkeling): “Ik vind het belangrijk dat een onafhankelijke Commissie-MER de milieueffecten toetst, met de bijbehorende gelegenheid tot inspraak. Zo zorgen we voor een zeer zorgvuldige beoordeling van de vergunning.”

Voor hun besluit hebben Gedeputeerde Staten advies ingewonnen bij het Waterschap Aa en Maas, het Bureau Gezondheid Milieu en Veiligheid van de GGD’en Brabant/Zeeland, Mobilisation for the Environment en de klankbordgroep MACE. Het waterschap ziet geen reden om een MER te verlangen, maar heeft wel onzekerheden over schone lozingen in het oppervlaktewater. De 3 andere adviserende instanties hebben om verschillende redenen aangegeven wel een MER nodig te vinden.

De Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN) acht een MER overbodig omdat alle milieuaspecten voldoende aan bod zouden komen in het reguliere vergunningstraject. Het reguliere vergunningstraject biedt volgens Gedeputeerde Staten echter onvoldoende zicht op de totale milieueffecten en geeft betrokkenen minder mogelijkheid tot inspraak.

Indien de Commissie-MER positief adviseert, zal het totale vergunningstraject voor MACE slechts lichte vertraging hebben. De MER kan namelijk parallel opgesteld worden aan het reguliere vergunningstraject. Bij de milieuonderzoeken zal aandacht zijn voor alle facetten waaronder water, verkeer, gezondheid. Hierbij kijkt de Commissie-MER of alle milieueffecten voldoende in beeld zijn gebracht.

UvA ontwikkelt duurzame chemie voor amines uit biomassa

Een nieuwe chemische syntheseroute kan de industriële productie van amines duurzamer en efficiënter maken. De methode reduceert het energieverbruik en de hoeveelheid afval. De nieuwe methode is ontwikkeld door onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam (UvA) en deze week gepubliceerd in Science. Amines zijn veelgebruikte startmaterialen voor allerlei producten, van medicijnen tot plastics. De nieuwe synthese maakt gebruik van enzymen en is veelzijdiger, schoner en efficiënter dan alle andere bestaande methoden. Daarnaast wordt het mogelijk biomassa als duurzame grondstof voor amines te gebruiken, in plaats van olie.

donderdag 1 oktober 2015

Biomassa motor voor Groningse economie

Wethouder duurzaamheid Mattias Gijsbertsen neemt 2 oktober tijdens het symposium Biobased Economy Groningen het ambitiedocument ‘De Groene Loper’ in ontvangst. Daarin roept een groep van ondernemers en wetenschappers op om samen te werken aan een duurzame en innovatieve economie voor de regio Groningen. De groep wil een impuls geven aan een klimaatneutrale toekomst.

woensdag 30 september 2015

Geen explosief biogas meer bij waterzuivering Tubbergen

Waterschap Vechtstromen heeft per direct maatregelen genomen om een einde te maken aan ongewenste en potentieel gevaarlijke ophoping van biogas bij de rioolwaterzuiveringsinstallatie in Tubbergen. Het gas ontstaat bij de opslag van slib. Op de locatie aan de Huyerenseweg lag te veel slib opgeslagen, waardoor te veel biogas vrijkwam. Het teveel aan slib wordt nu afgevoerd naar Hengelo, in totaal drie vrachten per week.

woensdag 23 september 2015

Biogas-Leeuwarden innoveert mestvergisters Dairy Campus

Het internationale samenwerkingsverband Biogas-Leeuwarden BV gaat de mestvergisters op de Dairy Campus in Leeuwarden innoveren. Het doel is goedkopere mestvergisting. De Dairy Campus in Leeuwarden is een ontmoetingsplek voor professionals en onderzoekers uit de zuivelsector. Er waren al langer plannen om de mestvergisting op de campus een nieuwe impuls te geven.

maandag 21 september 2015

Energietransitie staat voor drie uitdagingen

Rijd je door Europa, dan zie je veel vaker dan voorheen de silhouetten van traag draaiende windmolens aan de horizon, of velden vol glimmende zonnepanelen langs de snelweg. Het is de zichtbare manifestatie van wat de cijfers onomstotelijk aantonen: hernieuwbare energie is in opmars. De productiecapaciteit van stroom uit zon, water en wind is sinds 2008 bijna verdubbeld. En de kosten ervan zijn zo ver gedaald dat de groothandelsmarktprijzen voor zonnestroom in het Midden-Oosten zich (zonder subsidie) inmiddels onder het niveau bevinden van die van elektriciteit uit fossiele brandstoffen.

zondag 20 september 2015

Wemeldings bedrijf wint onderscheiding en is 'een lichtend voorbeeld'

Betaprocess van het bedrijf Dutch Sustainable Development heeft de Northern Enlightenmentz 2015 gewonnen. Dit is bekend gemaakt tijdens het congres EemsDeltavisie. Enlightenmentz zijn lichtende voorbeelden voor een duurzame toekomst. De Northern Enlightenmentz zijn in het leven geroepen om de industrie in de noordelijke provincies te inspireren bij het toepassen van hoopgevende innovaties. De andere finalisten waren Omega Green en de Bio Product Processor van TCEgo Four.

De Betaprocess-technologie maakt het mogelijk om een suikerbiet in zijn geheel te verwerken en om te zetten in brandstoffen of grondstoffen voor de chemische industrie. Installaties op basis van Betaprocess kunnen mogelijk in de toekomst op het boerenerf terecht komen waar ze de eerste chemische processtappen kunnen uitvoeren. Met een decentrale aanpak kan veel transport worden vermeden. In een eerste stap kan al 75 procent van het totaal aan water uit de bieten worden gehaald. Grote agrarische bedrijven of groepjes van boeren kunnen straks zo'n installatie bedrijven.

De winnaar van de Northern Enlightenmentz is gekozen door een jury (die kon 60 punten verdelen), internetstemmers (20 punten) en bezoekers van EemsDeltavisie (20 punten). De jury ziet een groot potentieel voor het uit elkaar halen van biomassa om deze zo efficiënt mogelijk te gebruiken. Biomassa wordt op deze manier beschikbaar voor bijvoorbeeld bio-ethanol, maar kan ook worden gebruikt als grondstof voor de chemie. 'Deze techniek is breed toepasbaar en bij uitstek geschikt voor de regio Noord-Nederland. Het zou een gamechanger kunnen zijn', aldus de jury.

De jury van de Northern Enlightenmentz 2015 bestond uit Cor Zijderveld (voorzitter SBE), Roelf Venhuizen (Veiligheid Voorop/Profion), Jeoffrey van de Berg (Flowid), Niels Schenk (Bio-BTX) en Wim Raaijen (hoofdredacteur Duurzaam Geproduceerd).

Heide als biomassa moet huizen in Ede verwarmen

De centrales voor biomassa in Ede gaan mogelijk in de toekomst ook heide stoken. De enige centrale die nu al actief is, aan de Dwarsweg, draait volledig op snoeiafval uit de bossen. MPD Groene Energie, dat de centrale exploiteert, heeft nog 2 andere centrales in voorbereiding. Die moeten komen in Ede-Zuid (Reehorsterweg) en Ede-Noord (bij de Vika-fabriek).

maandag 14 september 2015

Blokhuispoortgevangenis in Leeuwarden verwarmd met biomassa

De oudste gevangenis van Nederland, de Blokhuispoortgevangenis in Leeuwarden, wordt straks volledig op basis van duurzame energiebronnen verwarmd. In samenwerking met het ministerie van OCW investeert eigenaar BOEi ca. € 3,5 miljoen in een biomassacentrale. De gemeente Leeuwarden levert de biomassa. Ongeveer 75% van al het snoei-afval uit de gemeente is hiervoor nodig. BOEi, gespecialiseerd in het restaureren en herbestemmen van cultureel erfgoed, heeft hiervoor een voor Nederland uniek plan uitgewerkt.

vrijdag 11 september 2015

Biomassavergasser flexibeler in te zetten dan pelletboiler

Door de hoge gasprijzen worden veel gasgestookte warmtekrachtcentrales (WKC’s) in de Nederlandse procesindustrie afgeschakeld en deels vervangen door biomassagestookte (pellet) stoomboilers. Het vervangen van gasgestookte WKC’s kent echter ook risico’s voor de procesindustrie en voor de maatschappij. CE Delft heeft voor COGEN Nederland op een rijtje gezet wat  de optimale inzet is van biomassa voor industriële energievoorziening.

donderdag 10 september 2015

Computerchips én biogas produceren uit zonnebloemen

Onderzoekers van de Technische Universität Freiberg claimen het halfgeleidermateriaal germanium in Duitsland economisch te kunnen winnen uit de reststromen van biogasvergisters. Duitse wetenschappers zetten planten in om het element germanium uit de bodem te winnen. Het kleine beetje germanium in het grondwater hoopt op in de wortels van gewassen als mais, zonnebloemen en riet.

woensdag 9 september 2015

Haarlemse hondendrollen leveren niet veel biogas op

De proef in Haarlem met het inzamelen van hondenpoep om daarvan biogas te maken is niet geslaagd. De bakken waarin de drollen kunnen worden gegooid worden dan ook niet in heel Haarlem neergezet. Dat heeft wethouder Cora-Yfke Sikkema (GroenLinks) gezegd in de raadscommissie beheer.

woensdag 26 augustus 2015

Wageningen, Nijmegen en UT samen in biomassa

De UT gaat nauwer samenwerken met Wageningen en Nijmegen bij onderzoek naar technologie om nieuwe producten te ontwikkelen uit biomassa. De komende maanden wordt financiering gezocht voor het nieuwe programma.

Wageningen, Nijmegen en de UT startten deze zomer een nieuw onderzoeksprogramma binnen BIC-ON (Bioeconomy Innovation Cluster Oost-Nederland), een initiatief van de provincies Gelderland en Overijssel. Hierin werken universiteiten, overheden en bedrijfsleven samen aan projecten om biomassa beter te benutten.

Het onderzoek zal aansluiten bij de behoeften van het bedrijfsleven. Kersten verwacht bijvoorbeeld dat er project zal komen voor de ontwikkeling van bio-chemicaliën uit biomassa.

De UT en Wageningen werkten al langer samen op het gebied van de biobased economy, de deelname van de Radboud Universiteit Nijmegen is nieuw. Volgens Kersten biedt deze nieuwe partner veel extra onderzoeksmogelijkheden. ‘In Nijmegen gebeurt bijvoorbeeld veel life cycle analysis naar de hele biomassaroute. Dat is voor ons een nieuwe invalshoek

Europees geld voor innovaties in Oost-Nederland

De EU, Gelderland en Overijssel investeren samen in slimme en duurzame innovaties. Vanuit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) stellen zij €545.000 euro beschikbaar voor duurzame mestvergisting, de diagnose van Multiple Sclerose en de scheiding van kunststofflessen uit afval.

Nederlandse veehouders kampen al jaren met een mestoverschot. Sinds 2014 zijn veehouders verplicht een deel van het mestoverschot te (laten) verwerken. De mineralen die hiervoor nodig zijn moeten uit Nederland worden geëxporteerd. Dit is duur en energie-intensief. Clean Fuels uit Enschede en Dofco uit Ruurlo ontwikkelen nieuwe technieken voor de vergassing van mest. Een duurzaam alternatief dat zorgt voor een volledige besparing van fossiele brandstof (aardgas) en halvering van de exportkosten.

woensdag 19 augustus 2015

Laagwaardige bio-energie als wegbereider voor bio-economie

Biomassa-onderzoeker Wolter Elbersen, van de Wageningen Universiteit, betoogt in een interview met Ensoc dat biomassa een niet te verwaarlozen rol heeft in een duurzame energiemix. “De huidige vraag naar biomassa voor elektriciteit en warmte mobiliseert biomassa”, zegt Wouter Elbersen in een interview met Energy Society Online (Ensoc). De biomassa is volgens Eldersen van belang als aanvulling op wind- en zonne-energie, en als brandstof voor vliegtuigen en vrachtwagens.

donderdag 6 augustus 2015

Brazilië en VS herbebossen Amazone voor productie biomassa

Brazilië en de Verenigde Staten hebben een overeenkomst gesloten voor de aanplant van 12 miljoen hectare nieuw bos in het Amazonegebied. Op deze grond willen de landen biomassa ontwikkelen voor het opwekken van energie. Doel is om in 2030 in beide landen een vijfde van de energie uit hernieuwbare energiebronnen op te wekken. Het initiatief is onderdeel van het nieuwe klimaatpartnerschap tussen de VS en Brazilië.

Kassengebied verwarmd met biogas

Dankzij een zogenaamde SDE+-subsidie van de overheid (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) kan het warmtenet van biogascentrale HVC worden doorgetrokken naar bestaande warmtenetten in Heerhugowaard en Langedijk en daarna nog 7 kilometer verder naar Alton, een nieuw ontwikkeld kastuinbouwgebied.

maandag 27 juli 2015

Hoe de haven van Rotterdam zich positioneert als ‘BioPort’

Het Havenbedrijf Rotterdam wil zijn industriële cluster van wereldformaat nog verder uitbreiden. Een sterke biobased industrie speelt hierbij een hoofdrol van strategisch belang. Rotterdam is momenteel de grootste ‘BioPort’ ter wereld. In de haven wordt jaarlijks meer dan 1,2 miljoen ton biobrandstoffen geproduceerd. In BioPort Rotterdam wordt meer dan 15 miljoen ton grondstoffen voor de hernieuwbare industriesector en meer dan 1 miljoen ton biomassa verhandeld, opgeslagen en overgeladen. Deze biomassa wordt gebruikt om bio-energie op te wekken. Met het oog op de snel stijgende internationale vraag naar biobased producten en daarmee samenhangende toename van de goederenstromen is een efficiënte diepwaterhaven van cruciaal belang voor de ontwikkeling van een kosteneffectieve biobased economie.

Het Havenbedrijf Rotterdam voorspelt een zonnige toekomst voor de biobased industrie en wil de leidende positie van Rotterdam op dat gebied daarom verder versterken. Om groeimogelijkheden te kunnen bieden, heeft de haven van Rotterdam een terrein van 80 ha op Maasvlakte 2 gereserveerd voor greenfieldactiviteiten die specifiek gericht zijn op een innovatieve chemische industrie met biomassa als grondstof.

Een uniek kenmerk van dit gebied is het zogenaamde Plug & Play-concept. In samenwerking met gespecialiseerde leveranciers, E.ON, Vopak, Stedin en Evides investeert de haven van Rotterdam in de benodigde plaatselijke industriële infrastructuur en nutsvoorzieningen. Zo kunnen biobased bedrijven zich op hun kerntaken blijven richten. Bovendien hoeven nieuwkomers geen kapitaal vrij te maken voor zaken zoals tankopslag, energienetten, installaties voor afvalwaterzuivering en stoomketels. Hierdoor kunnen bedrijven in sommige gevallen 20 procent op hun initiële investeringskosten besparen.

BioPort Rotterdam is een zeer strategische en aantrekkelijke bedrijfslocatie voor biobased bedrijven. Nederland heeft de meest concurrerende suikerindustrie ter wereld. Jaarlijks wordt er in Rotterdam meer dan tien miljoen ton graan, maïs en houtcellulose verhandeld, opgeslagen en overgeladen. Daarnaast is Rotterdam de belangrijkste haven van Europa en een belangrijke hub voor internationale goederenstromen. Met andere woorden, omdat er via deze Nederlandse haven al enorme hoeveelheden biomassa verhandeld worden, zijn biobased bedrijven in Rotterdam altijd verzekerd van een flexibele en betrouwbare toevoer van alle mogelijke soorten grondstoffen.

vrijdag 24 juli 2015

Provincie Noord Brabant zegt BioSpares Nistelrode de wacht aan

De provincie Noord-Brabant heeft het bedrijf BioSpares in Nistelrode de wacht aangezegd. Als de biovergistingsinstallatie van het voormalige Biogas Nistelrode niet snel gaat werken conform de veiligheids en milieuwet- en regelgeving, trekken Gedeputeerde Staten de omgevingsvergunning van het bedrijf in. Dat zou stopzetting van alle bedrijfsactiviteiten betekenen.

donderdag 23 juli 2015

Veehouderijbedrijf in Den Bommel levert groen gas uit 100% mest aan aardgasnetwerk

Op het melkveehouderij en akkerbouwbedrijf van firma J. Ras en Zonen in Den Bommel wordt groen gas geproduceerd en vervolgens geleverd aan het aardgasnetwerk. In een Microferm vergistingsinstallatie, gebouwd door HoSt Biogas, wordt jaarlijks ruim 8.000 ton rundveemest vergist, waarbij biogas wordt geproduceerd. Dit biogas wordt in een gasopwerkingsinstallatie opgewerkt tot aardgaskwaliteit en vervolgens ingevoed in het nabijgelegen aardgasnet. De hoeveelheid geproduceerd groen gas is 200.000 m3 op jaarbasis.

woensdag 22 juli 2015

Algen als energiebron: kosten (nog) te hoog

Binnen het EnAlgae project heeft Wageningen UR bio-economische modellen ontwikkeld, waarmee onder andere de kostprijs van micro-algen onder verschillende omstandigheden kan worden bepaald. Voor de vervaardiging van diesel, ethanol en methaan op basis van algen zijn er vervolgens downstream-procesmodellen gemaakt. Een daarna uitgevoerde modelstudie geeft inzicht in de economische haalbaarheid van algen als energiebron en de belangrijkste variabelen die hierop van invloed zijn. De kosten voor de verwerking van de energieproducten uit algen blijken nu nog vele malen hoger dan de huidige verkoopprijzen in de markt te zijn.e

Er zijn drie soorten micro-algen productiesystemen bestudeerd namelijk open vijvers, tubular en flat panel fotobioreactoren (PBR’s). De jaarlijkse algenbiomassa productie in een open vijver van 1.000 m2 in Lelystad is volgens het model 1,538 kg droge stof, dat is 15 ton droge stof per hectare. Biomassaopbrengsten per oppervlakte zijn bij een tubular PBR tweemaal en bij een flat panel PBR meer dan drie keer zo hoog als in een open vijver.

De kostprijs voor algenbiomassa geproduceerd op een oppervlak van 1.000 m2 is bij PBR’s veel lager dan bij open vijvers, vooral vanwege de lagere kosten voor kapitaalgoederen en arbeid. Alleen de stroomkosten zijn hoger met PBR’s. Een flat panel PBR heeft de laagste algen kostprijs.

Voor het vervaardigen van energiedragers uit algen zijn grote algenproductievolumes nodig. Om ongeveer 1.500 ton droge algen biomassa te produceren (het minimum algen volume voor een vergister) is een oppervlakte van 100 ha open vijvers, 50 ha tubular PBR’s of 30 ha flat panel PBR’s nodig. Bij deze hoge productievolumes worden de kosten per kg biomassa voor de drie systemen vergelijkbaar (ongeveer € 5 per kg droge massa), waarbij het grootste deel bestaat uit stroomkosten.

De kosten voor de algen vormen het grootste aandeel van de kostprijs. Maar zelfs als algen vrij beschikbaar zouden zijn, zijn de downstream-proceskosten nog steeds hoger dan de verkoopprijs. Voor het gebruik van algen als energiebron is dus nog een belangrijke vermindering van de productie- en verwerkingskosten nodig.

EnAlgae brengt 19 partners en 14 waarnemers uit zeven lidstaten van de EU samen. Het project ontwikkelt duurzame technologieën voor de productie van algen biomassa, bio-energie en de beperking van broeikasgasemissies, van pilot-faciliteiten tot aan marktbare producten en diensten. Het project valt binnen het INTERREG IVB NWE-programma en liep van 2011 tot en met 2015.

Veel relevante maar nog onbekende marktsegmenten voor algenproducenten

Als onderdeel van het EU-project Energetic Algae Project heeft Wageningen UR met de Universiteit Gent een studie uitgevoerd naar het marktpotentieel en de marktontwikkelingen van algenproducten. De studie benoemt een aantal relevante markten voor business cases op basis van algen en de resultaten zijn gepubliceerd in het Engelstalige rapport 'Macro-economics of algae products'.

In de studie is onderzoek gedaan naar verschillende marktsegmenten. Per marktsegment zijn marktomvang, concurrerende alternatieven, marktontwikkelingen en prijzen in beeld gebracht.

Gebaseerd op de marktkenmerken wordt per marktonderdeel een conclusie getrokken over het potentieel van de markt voor algenproducten. Marcel van der Voort, één van de auteurs van het rapport: “Door de kansen per marktsegment te beschrijven, hopen we ondernemers die algen produceren te inspireren om nieuwe marktsegmenten te verkennen waarin de algensoort die zij produceren van toegevoegde waarde kan zijn, maar waar ze nog niet bekend mee zijn”. Daarnaast biedt de studie ook informatie voor ondernemers die nadenken over het type alg dat ze willen produceren en de manier van productie die past bij de regelgeving rond het marktsegment.

Het doel van het Energetic Algae project is bijdragen aan reducering van de CO2-emissies en de afhankelijkheid van fossiele energie in Noordwest-Europa. Het project wil dit bereiken door de ontwikkeling van duurzame technieken voor de productie van algenbiomassa, bio-energie opwekking en vastlegging van broeikasgassen te stimuleren. Daarom wordt er gewerkt aan het ontwikkelen van praktijkgerichte pilot installaties en op de markt afgestemde producten, processen en diensten door het bundelen van technische kennis, financiële middelen en politieke steun.

maandag 20 juli 2015

Aandacht voor milieuprestaties tijdens ontwikkeling levert extra milieuwinst biobased materialen

Biobased materialen ontwikkelen zich van eenmalige wegwerpverpakkingen tot hoogwaardige kunststoffen voor industriële toepassingen. Extra aandacht voor milieuprestaties tijdens de ontwikkeling van nieuwe biobased materialen en producten kan leiden tot nog milieuvriendelijker materialen. Dit concluderen onderzoekers van Universiteit Utrecht die voor het Biobased Performance Materials programma, gecoördineerd door Wageningen UR, onderzoek deden naar verschillende milieuaspecten van materialen die in het programma ontwikkeld zijn.

Hoe milieuvriendelijk is de productie van nieuw ontwikkelde biobased materialen nu eigenlijk ten opzichte van olie-gebaseerde producten? Deze vraag stond centraal in het Biobased Performance Materials (BPM) project SUSTAIN.  Dr. Li Shen, senior onderzoeker van de vakgroep Energy & Resources van de Universiteit Utrecht evalueerde de CO2-emissies en het energiegebruik tijdens de hele productieketen van biobased chemicaliën en materialen die in het BPM programmaontwikkeld zijn en keek naar de potentiële milieuwinst ten opzichte van olie-gebaseerde producten. Op basis van haar bevindingen adviseerde ze over grondstofkeuze en verbeteringen in het productieproces.

Voor haar gedetailleerde milieu-evaluatie van biobased materialen bekeek Shen, naast CO2-emissies en het energiegebruik, ook de herkomst van grondstoffen en het landgebruik. Ze analyseerde vervolgens alle verzamelde gegevens door middel van wiskundige modellen en stelde zo een life cycle assessment (LCA) op. ‘In een LCA analyseren we de milieueffecten van elke stap in de levenscyclus van het product’, legt Shen uit. ‘Het winnen van de grondstoffen, bijvoorbeeld het boren naar olie, maar ook transport, en alle stappen in het uiteindelijke productieproces.’ Op basis van die gegevens kon zij adviseren over de grondstofmateriaalkeuze voor biobased materialen, en daarnaast een objectieve vergelijking maken met olie-gebaseerde producten. Zo bleek bij de productie van biobased polyurethaan dat de omzetting van glycerol in cyclische carbonaten heel efficiënt is dankzij een hoge opbrengst, minder afval en de innovatieve, toegepaste katalytische conversie die om milde reactie-condities vraagt. Biobased PUR toont daarmee een duurzaamheidwinst van slechts 4.0kg CO2 eq./kg polymeer vergeleken met 4.7kg bij petrochemisch geproduceerde PUR.  De productie van amines in biobased polyurethaan is volgens Shen nog voor verbetering vatbaar omdat die relatief gezien veel energie kost.

Biobased materialen kunnen grote milieuvoordelen hebben ten opzichte van oliegebaseerde stoffen, maar dit plaatje is niet zo zwart-wit als het lijkt. Biobased grondstoffen hebben vaak netto geen CO2-uitstoot en zijn gemaakt op basis van planten en dus hernieuwbaar, maar het energiegebruik tijdens het productieproces kan wel fors hoger uitvallen dan dat van oliegebaseerde producten. Dat is niet meer dan logisch. Biobased productieprocessen zijn vaak nog niet geoptimaliseerd: ze bevinden zich in een beginfase. Volgens Shen ligt hier voor sommige materialen nog een uitdaging. Zo is er voor de biobased polyamiden nog een flinke slag te maken: de productie kost nog ongeveer tweemaal zoveel energie vergeleken met de oliegebaseerde variant. ‘Je hebt dan een biobased eindproduct, maar vanwege de hoge energiebehoefte zal men toch flink op het energiegebruik moeten besparen of een heel nieuwe chemische omzettingsroute moeten overwegen.’ stelt Shen.

Ondanks de uitdagingen die er nog liggen wordt de productie van biobased materialen steeds efficiënter en is er in dat opzicht de laatste tien jaar forse winst geboekt. Zo is de productie van PLA drastisch verbeterd. Zo heeft PLA-producent Natureworks  de verwerking van de grondstof, maïs, energiezuiniger gemaakt en ook de fermentatie verbeterd. Dankzij die optimalisatie is veel minder energie nodig én liggen CO2-emissies veel lager. Voor andere materialen is er nog veel winst te behalen. Soms betekent dat een heel nieuwe aanpak. Dit gebeurde bij de fabricage van biobased polystyreen . ’Onderzoekers produceerden die stof eerst uit aminozuren, maar dat kostte heel veel energie’, vertelt Shen. ‘Een compleet nieuwe productiemethode, gebaseerd op citroenzuur in plaats van aminozuren, leverde veel energiewinst op.’ Ondanks de uitdagingen is een efficiëntere productie van biobased materialen slechts een kwestie van tijd volgens de onderzoeker. Shen: ‘Biobased materialen hebben absoluut de toekomst, want op langere termijn zullen we door olieschaarste traditionele producten moeten gaan vervangen. Dat betekent dat er steeds meer vraag naar biobased producten komt en meer vraag zorgt voor efficiëntere processen.’ 

Grote tussenstap voor goedkoper bio-aardgas

Samenwerkende onderzoekers van twee Italiaanse universiteiten hebben een eenvoudige verbetering ontwikkeld in het opwaarderen van biogas tot aardgaskwaliteit. Om biogas, gemaakt in bijvoorbeeld mestvergisters, te mogen invoeden in het aardgasnet moet de verbrandingswaarde van het biogas gelijk zijn aan die van aardgas uit Groningen. Biogas bevat gemiddeld 30 procent CO2 en dat moet er bijna allemaal uit om aan de eisen te voldoen.

zaterdag 18 juli 2015

Groeiende bio-economie kan grote invloed hebben op toekomst landbouw

Een groeiende bio-economie kan een grote invloed hebben op de toekomst van de landbouw. Maar dat betekent niet dat als de vraag naar biomassa groeit, de landbouw zich hieraan automatisch aanpast. Dat blijkt uit doctoraatsonderzoek van Dries Maes, verbonden aan de onderzoeksgroep Milieueconomie van de Universiteit Hasselt. Het is voor de eerste keer dat de invloed van de groeiende bio-industrie op de Vlaamse landbouw onderzocht werd. “De wisselwerking tussen de landbouwsector en de opkomende biogebaseerde industrie is niet vanzelfsprekend. Daarom is het voor deze biotechnologie moeilijk om zich te ontwikkelen. Beleid dat erop gericht is om een duurzamere industrie te versterken, zou dan ook rekening moeten houden met aanpassingen in de landbouw.”

In een bio-economie worden alle producten – van plastics en voeding tot hoogwaardige stoffen en geneesmiddelen – uit biomassa gemaakt. “Die groeiende bio-economie zal een grote invloed hebben op de toekomst van de landbouw en voedselproductie”, zegt Dries Maes. “Als de industrie méér biomassa nodig heeft, kan dit bijvoorbeeld het landgebruik veranderen. Ook de prijzen van landbouwproducten kunnen beïnvloed worden.”

De doctoraatsstudent voerde een economisch onderzoek waarbij hij toekomstscenario’s voor biotechnologische innovaties in de mestverwerkingssector narekende. De landbouw wordt op verschillende manieren beïnvloed door deze evolutie. Dries Maes: “Als de innovatieve mestverwerking groeit, kan dat effecten hebben op de afzetprijzen van mest, op de prijzen van landbouwgrond, en zelfs op de prijzen van veevoer. Als we de veelheid van die interacties bekijken, is het onmogelijk te voorspellen wat het finale effect op de landbouwsector zal zijn. Logischerwijs dachten we dat de landbouwsector in onze berekeningen snel zou reageren op die prijsveranderingen, maar dat bleek niet het geval.”

Uit de resultaten van het doctoraatsonderzoek blijkt nu dat de landbouwsector zich maar traag aanpast aan de veranderende marktomstandigheden, en zich niet enkel richt op de groeiende vraag naar meer biomassa. “Dat vormt een barrière voor de toekomstige ontwikkeling van nieuwe biotechnologische oplossingen in de mestverwerkingssector. Maar de onzekere ontwikkeling van de biogebaseerde industrie zorgt voor volatiele marktprijzen, en dit is evenmin in het voordeel van de boeren. In onze simulatie blijven de gemiddelde winstmarges van boeren laag.”

Het onderzoekt toont daarnaast dat traditioneel beleid ter ondersteuning van de biomassa-industrie heel weinig effect heeft. Dries Maes: “Subsidies die duurzame biomassa-industrie willen steunen, zijn niet geschikt om de sector te doen groeien. Nieuw beleid voor de biogebaseerde economie moet rekening houden met de wisselwerking met de landbouw. Dit vereist wel een beter inzicht in het gedrag van landbouwers én ondersteuning van transparante markten voor biomassa.”

“Dit onderzoek toont duidelijk het belang aan van nieuwe economische modellen om de Cleantech-transitie in kaart te brengen.”, aldus prof. dr. Steven Van Passel, promotor van het doctoraatsonderzoek.

vrijdag 10 juli 2015

KARA Energy Sytems Almelo sluit megadeal voor bouw Biomassa-installaties in Oekraïne

KARA Energy Systems in Almelo heeft de grootste opdracht uit de 105-jarige geschiedenis van het bedrijf binnengehaald. KARA levert de kennis voor de bouw van ketelinstallaties waarmee biomassa wordt gestook in de Oekraïne en voor de fabriek waar die installaties worden gebouwd. Het contract werd vorige week getekend op de Nederlandse ambassade in Kiev. De directie van KARA Energy Systems in Almelo en de Oekraïense investeringsfonds Ukrteplo verbonden zich voor 20 jaar aan elkaar.

donderdag 9 juli 2015

Grontmij bouwt Deense aardgascentrale om naar biomassa

Het Nederlandse ingenieursbureau Grontmij maakt bij de Deense plaats Helsingør een oude gasgestookte warmtekrachtcentrale klaar voor het gebruik van biomassa. Het Deense bedrijf Helsingør Utilities heeft Grontmij opdracht gegeven voor het ontwerp van een nieuwe ketel, de behandeling van rookgassen en alle andere systemen voor de Helsingør-centrale. De stoomturbine van de warmtekrachtcentrale wordt voorbereid om naast aardgas ook op biomassa te draaien. De gecombineerde centrale levert stroom en warmte aan ruim 15.000 Deense huishoudens.

'Energievreter' op bedrijventerrein Ede over op biomassa

Het bedrijf HSV MFG aan de Frankeneng in Ede gaat warmte afnemen van de biomassacentrale in Ede. De aansluiting van de leverancier van kunststof onderdelen betekent dat de energieproductie van de centrale in een klap bijna verdubbelt. Dat hebben beide organisaties dinsdag laten weten.

zaterdag 27 juni 2015

Groen licht voor biomassa-centrale

De Raad van State heeft de bouw- en omgevingsvergunning voor een biomassa-energiecentrale op het terrein van aardappelverwerker Peka Kroef in Odiliapeel geheel goedgekeurd. In een definitieve uitspraak veegt de Raad alle bezwaren van Odiliapeeler Piet Raijmakers van tafel. Volgens Raijmakers, wiens veehouderij op een halve kilometer van Peka Kroef ligt, had de gemeente een verkeerde procedure gevolgd.

zaterdag 20 juni 2015

Geen tankstation biogas voor deur rioolwaterzuivering Den Bosch

Bij de toegangspoort van de rioolwaterzuivering aan de Treurenburg in Den Bosch komt geen tankstation voor biogas. Dat werd maandagavond verteld tijdens een informatiebijeenkomst. Vrachtwagens van de Afvalstoffendienst van de gemeente Den Bosch gaan over van diesel naar biogas en zouden bij het station gaan tanken. Na overleg met omwonenden is besloten een pijpleiding aan te leggen naar de overkant van de Treurenburg, waar de afvalstoffendienst zit.

 
Copyright (c) 2010 Biogas Nieuws and Powered by Blogger.