dinsdag 30 september 2014

Wageningen UR presenteert Catalogus Biobased Verpakkingen

Op dinsdag 30 september overhandigt het ministerie van Economische Zaken het eerste exemplaar van de catalogus Biobased Verpakkingen aan de directie van het Nederlands Verpakkings Centrum (NVC). De catalogus, die samengesteld is door Wageningen UR, geeft een overzicht van biobased verpakkingen die al beschikbaar zijn en worden toegepast voor producten zoals vers en houdbaar voedsel, draagtassen en schoonmaakmiddelen. Met een duidelijk overzicht wil Wageningen UR laten zien dat duurzame biobased verpakkingen gebruikt kunnen worden op commerciële basis.

Duurzaam verpakken staat volop in de belangstelling bij consumenten, industrie en overheid. Aan de term worden allerlei betekenissen gehangen: van het verminderen van verpakkingsmaterialen, de recycling van verpakkingen en materialen tot het toepassen van minder milieubelastende materialen. Biobased materialen vormen een belangrijke materiaalgroep die een milieuwinst kan geven via een lagere CO2-uitstoot en het beperken van het gebruik van fossiele grondstoffen door toepassing van plantaardige grondstoffen.

Biobased materialen zijn materialen waarvan de grondstoffen direct of indirect van natuurlijke oorsprong zijn. Voorbeelden zijn papier en hout maar ook bioplastics zoals Polymelkzuur (PLA) waarvan de bouwstenen worden gemaakt uit suikers. Het ministerie van Economische Zaken heeft Wageningen UR Food & Biobased Research gevraagd inzicht te geven in mogelijke toepassingen van biobased materialen en verpakkingen. Met de catalogus Biobased Verpakkingen biedt het onderzoeksinstituut een uitgebreid overzicht en toont aan dat deze materialen al succesvol in verschillende producten worden toegepast: van verpakkingen voor vleeswaren, dranken, schoonmaakmiddelen en cosmetica tot transportverpakkingen.

Hoewel biobased materialen worden gemaakt uit plantaardige grondstoffen zijn de materialen niet per definitie biologisch afbreekbaar of composteerbaar. Dit is ook niet voor alle toepassingen wenselijk. Biobased materialen kunnen wel hergebruikt of gerecycled worden. Veel consumenten verwarren nu de gangbare term ‘bioplastic’ met ‘bioafbreekbaar plastic’. Wageningen UR raadt daarom aan de volledige term biobased plastics te gebruiken voor deze materiaalgroep.

Het meest succesvol zijn biobased plastics wanneer producenten gebruik maken van specifieke voordelen die deze plastics bieden. Biobased plastic verpakkingen hebben vaak een beter ademend vermogen waardoor verse producten zoals sla langer houdbaar zijn of brood langer vers blijft. Een aantal van deze plastics zijn bovendien van nature antistatisch waardoor minder additieven toegevoegd hoeven te worden dan bij conventionele kunststoffen. Composteerbare biobased plastics bieden daarbij een voordeel in de afvalfase omdat groenafval niet van het plastic gescheiden hoeft te worden maar gezamenlijk kan worden gecomposteerd.

Het Ministerie van Economische Zaken wil het gebruik van biobased materialen stimuleren onder andere door pilots bij duurzaam inkoopbeleid. EZ wil hiermee het goede voorbeeld geven. De catalogus Biobased Verpakkingen is geschreven voor inkopers, gebruikers en producenten van verpakkingsmaterialen en voor beleidsmedewerkers van overheden. Verschillende producenten van biobased materialen en verpakkingen hebben hun medewerking verleend aan de productie.

dinsdag 23 september 2014

Ede krijgt 2e energiecentrale voor biomassa

Ede krijgt hoogstwaarschijnlijk een 2e centrale voor biomassa. De voorziening is opgenomen in het ontwerp bestemmingsplan voor het zuidelijk deel van de woonwijk Park Reehorst. Initiatiefnemer Bio-Energie De Vallei denkt dat de centrale op termijn voldoende energie zal leveren voor 7.000 woningen of bedrijfspanden. Dat is net zoveel als de bestaande centrale

maandag 22 september 2014

TU/e-hoogleraar over brand met biomassa Amercentrale: 'Er kan van alles misgaan'

Branden als bij de Amercentrale in Geertruidenberg zijn moeilijk te voorkomen. Dat zei hoogleraar Jeroen van Oijen van de Technische Universiteit Eindhoven donderdag tegen Omroep Brabant. Bij de Amercentrale ontplofte een dezer dagen een transportband die biomassa vanuit de silo's naar de verbrandingsoven vervoert. Biomassa bestaat uit plantaardig of dierlijk materiaal en kan als brandstof worden gebruikt in plaats van bijvoorbeeld olie of kolen.

Europese koolzaadproductie voor biodiesel af te raden

Onderzoekers aan de Universiteit Twente tonen aan dat Europese productie van biodiesel op basis van koolzaad voorlopig geen duurzame oplossing is voor het energieprobleem. In grote delen van Europa kost dit zelfs meer energie dan het oplevert, is de conclusie. Boeren gebruiken zoveel fossiele brandstoffen en kunstmest bij het verbouwen van koolzaad dat dit niet energie-efficiënt is. Als ze dit niet doen is de koolzaadopbrengst laag en levert het ook te weinig energie op. Daarnaast blijkt dat de meest gunstige gebieden voor het verbouwen van koolzaad als energiegewas, precies die gebieden zijn die van belang zijn voor voedselproductie.

Koolzaad wordt op grote schaal gebruikt om biodiesel te produceren, vooral in Europa. UT-onderzoekers van de faculteit ITC analyseerden waar in Europa de omstandigheden voor het verbouwen van koolzaad het meest gunstig zijn met betrekking tot energie-efficiëntie. Het energierendement over de energie-investering was in heel Europa laag.

Energie-efficiëntie kan worden uitgedrukt in Energy Return On Energy Invested (Energierendement op Energieinvestering, kortweg EROEI). Onderzoekers van de Universiteit Twente brachten de EROEI-waarden voor alle EU-landen plus Zwitserland in kaart. Dit deden ze op basis van de verwachte opbrengst afgeleid van kaarten over de geschiktheid van gebieden voor koolzaadteelt. In Europa wordt koolzaadbiodiesel geproduceerd met EROEI-waarden van 2,2 of lager, terwijl alleen een waarde van 3 of meer als werkbare optie wordt gezien.

De gebieden waar met de hoogste efficiëntie koolzaad verbouwd kan worden zijn belangrijke gebieden voor voedselproductie. Een groot gedeelte van het gebied geschikt voor koolzaadteelt in Italië wordt bijvoorbeeld gebruikt voor de productie van risottorijst en in Duitsland gebruiken ze de gebieden met relatief hoge energie-efficiëntiewaarden voor koolzaadproductie om tarwe en suikerbiet te verbouwen.

UT-onderzoeker Iris van Duren stelt voor dat de plannen voor het verbouwen van koolzaad aangevuld moeten worden met EROEI-kaarten. Van Duren: “Het is niet alleen relevant om aan te tonen waar koolzaad kan groeien, maar we zouden ook moeten kijken waar het verbouwen van koolzaad voor bio-energie efficiënt kan zijn. In gebieden die in theorie geschikt zijn voor koolzaadteelt kan 37,6% van het gebied alleen met energieverlies koolzaad voor biobrandstof produceren. Uiteindelijk verspil je dan meer energie dan het oplevert.“ Volgens Arjen Hoekstra heeft het gebruik van koolzaad voor energieproductie daarnaast als groot nadeel dat de waterfootprint van koolzaad erg hoog is.

vrijdag 19 september 2014

Marks & Spencer geeft biogas duw in de rug

De Britse warenhuisketen Marks & Spencer gaat het gasverbruik van 15 supermarkten compenseren met biogas-certificaten. De retailer is het eerste grote beursgenoteerde bedrijf dat deze constructie toepast. Marks & Spencer koopt certificaten ter waarde van 35.000 megawattuur van het Britse Future Biogas. Het compensatieprogramma loopt via het Biomethane Certification Scheme. Het BMS is een nieuwe Britse organisatie die bedrijven helpt hun CO2-uitstoot te verminderen, zonder dat zij bestaande contracten met gasleveranciers hoeven op te zeggen.

woensdag 17 september 2014

Vervolgonderzoek bij Biogas Nistelrode

De Omgevingsdienst Brabant Noord gaat in en nabij het inmiddels leeggepompte opslagbassin van Biogas Nistelrode grond- en grondwatermonsters nemen. Het vermoeden bestaat dat de bodem ernstig is verontreinigd.  

Omdat de situatie ter plaatse gevaar kan opleveren voor de veiligheid en gezondheid, is het terrein inmiddels afgezet met een hekwerk. De vergistingsinstallatie is nog in bedrijf, maar de omgevingsdienst heeft de onderneming verboden het bassin opnieuw in gebruik te nemen.

Biogas Nistelrode gebruikte het bassin (inhoud: 6.000 m3) om vloeibaar afval van de mestvergistingsinstallatie op te slaan. Vorige week woensdag werd geconstateerd dat het bassin lekte.Het talud van het bassin was verzadigd geraakt waardoor het inzakte. Er dreigde een groot milieuprobleem: het afvalwater zou bij een doorbraak in een nabijgelegen sloot en op het landbouwgebied van de buren terecht komen.

Op last van de omgevingsdienst werd het bassin daarom vorige week vrijdag in allerijl leeggepompt. Het vloeibaar afval is met tankwagens afgevoerd naar tijdelijke opslagbassins. Om het bassin goed leeg te kunnen maken, moest het talud worden opengebroken. De operatie begon vrijdagmiddag en duurde tot gisteravond 20.00 uur.

De ondernemer kreeg vorige week woensdag opdracht om snel maatregelen te treffen om milieuschade te voorkomen. Hij weigerde mee te werken en ging in beroep tegen de aanzegging van bestuursdwang. De rechtbank behandelde het beroep afgelopen vrijdag en heeft de omgevingsdienst in het gelijk gesteld. Het bassin is overigens zonder WABO-vergunning aangelegd. Om die reden is de omgevingsdienst enkele weken geleden al een handhavingsprocedure tegen het bedrijf gestart. Een medewerker van de omgevingsdienst voelde zich vanmorgen ernstig bedreigd door de ondernemer. Voor de vervolgwerkzaamheden die de omgevingsdienst ter plaatse nog moet verrichten, is daarom politiebegeleiding ingeroepen.

De Omgevingsdienst Brabant Noord voert namens de provincie het milieutoezicht uit en handhaaft zo nodig. Bij de operatie in Nistelrode zijn ook de gemeente Bernheze, het Waterschap Aa en Maas en de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA). De NVWA is belast met het toezicht op de meststoffenwetgeving.

Wageningen UR publiceert rapport over bioraffinage voor bio-energietoepassingen

Wageningen UR heeft samen met partners binnen het IEA Task 42-project in opdracht van het Internationaal Energieagentschap (IEA) een onderzoek gepubliceerd over bioraffinage voor bio-energietoepassingen. Het volledige rapport, dat zowel de huidige status van bioraffinage voor bio-energie uiteenzet als toekomstige en landspecifieke uitdagingen, is nu beschikbaar en kan van onze website gedownload worden.

Naast een overzicht van de huidige status van bioraffinage, biedt het rapport inzicht in waardevolle producten van bioraffinaderijen, zoals eiwitten voor voeding en non-foodtoepassingen en biologische chemicaliën. Ook worden er in het rapport dertig praktische voorbeelden van bioraffinagefaciliteiten genoemd in landen die deelnemen aan IEA Task42, met details over de types bioraffinaderijen, grondstoffen en outputs.

IEA Bioenergyis een internationale samenwerking opgezet in 1978 door het Internationaal Energieagentschap (IEA) om de internationale samenwerking en informatie-uitwisseling tussen nationale R&D-programma’s op het gebied van bio-energie te bevorderen. De visie is dat bio-energie een substantieel onderdeel vormt en zal blijven vormen van duurzaam gebruik van biomassa in de BiobasedEconomy. Door de duurzame productie en het gebruik van biomassa te stimuleren, vooral als het gaat om bioraffinage, worden de economische en milieuaspecten geoptimaliseerd, wat zorgt voorkosteneffectievere bio-energie en een lagere uitstoot van broeikasgassen. De missie van IEA Bioenergy is het faciliteren van de commercialisatie en commerciële uitrol van milieuvriendelijke, maatschappelijk geaccepteerde en kosteneffectieve bio-energiesystemen en -technologieën, en om beleidspersonen en besluitvormers daarover te adviseren.

Met een helder doel voor ogen vormt het IEA platforms voor internationale samenwerking en kennisuitwisseling, waaronder de ontwikkeling van netwerken, uiteenzetting van informatie en uitvoering van wetenschappelijke analyses van technologie. Het biedt ook ondersteuning en advies aan beleidsmakers, betrekt de industrie, en moedigt landen met een sterk ontwikkelde infrastructuur voor bio-energie en bijbehorend beleid aan om lid te worden. Problemen en obstakels voor implementatie worden binnen IEA Bioenergy aan de kaak gesteld om duurzame bio-energiesystemen succesvol te stimuleren.

vrijdag 12 september 2014

Lekkend bassin Biogas Nistelrode leeggepompt

Op last van de Omgevingsdienst Brabant Noord is vrijdagmiddag 12 september in Nistelrode gestart met het leegpompen van een lekkend bassin met vloeibaar afval van een mestvergistingsinstallatie.

Het vloeibare afval wordt met tankwagens afgevoerd naar een tijdelijke opslagplek in Mill. Alleen op deze manier is een groot milieuprobleem te voorkomen. Het gaat om een bassin met een inhoud van 6.000 kubieke meter van Biogas Nistelrode aan de Loosbroekseweg. Het talud van het bassin is verzadigd geraakt waardoor het inzakt. Het zal naar verwachting 16 uur duren om het bassin leeg te pompen. Er zijn 200 tankwagens (8 per uur) nodig om het vloeibare afval af te voeren.

De ondernemer is afgelopen woensdag gesommeerd om maatregelen te treffen maar weigerde mee te werken en ging in beroep tegen de aanzegging van bestuursdwang. De rechtbank behandelde het beroep vanmiddag en heeft de omgevingsdienst in het gelijk gesteld. Overigens was er vanwege de ernst van de situatie geen tijd om de uitspraak af te wachten. Als het bassin het zou begeven, zou de mest zich verspreiden over het landbouwgebied van de buren en stroomt het ook in een nabijgelegen sloot.

De Omgevingsdienst Brabant Noord voert namens de provincie het milieutoezicht uit en handhaaft zo nodig. Bij de operatie in Nistelrode zijn ook de gemeente Bernheze, het Waterschap Aa en Maas en de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA). De NVWA is belast met het toezicht op de meststoffenwetgeving. De gemeente heeft een openbaar pad in de omgeving van het bassin tijdelijk afgesloten.

Toezichthouders van het SSiB-project (Samen Sterk in het Buitengebied) constateerden eerder deze week het lek in het bassin en maakten hier melding van bij de Omgevingsdienst Brabant Noord. Die ondernam vervolgens onmiddellijk actie.

woensdag 10 september 2014

Meerlanden test gebruik eigen biogas bij onkruidbestrijding

In samenwerking met gemeente Haarlemmermeer is Meerlanden gestart met het testen van verschillende methoden om onkruid op verharding op duurzame wijze te verdelgen. Met de ‘Weedstar’, een machine die hete lucht verspreidt, verschroeit Meerlanden het onkruid op stoepen en straten. De methode is niet nieuw, maar dat de hete luchtbrander opereert op (eigen geproduceerd) biogas is wel een noviteit binnen Nederland.

dinsdag 9 september 2014

Biogas en geld van waterschap gaan in rook op

Technische problemen met twee dure nieuwe installaties, die biogas uit slib van de rioolzuivering omzetten in groene stroom, zorgen ervoor dat het waterschap Vechtstromen per dag ongeveer 7.500 kubieke meter biogas in brand steekt. Die hoeveelheid staat voor 18.000 kilowattuur aan groene stroom, die anders aan ruim 1.800 huishoudens kan worden geleverd.

maandag 8 september 2014

Ben & Jerry’s maakt biogas van ijs

IJsproducent Ben & Jerry’s maakt biogas van zijn eigen ijsafval. De innovatieve biovergister van de ijsfabriek levert 1500 kuub biogas per dag. De biovergister staat in de Nederlandse fabriek van Ben & Jerry’s in Hellendoorn. De BIOPAQ AFR Biodigester, die van de medewerkers de bijnaam The Chunkinator kreeg,  heeft de afgelopen anderhalf jaar met succes proefgedraaid, meldt voedingsmiddelenconcern Unilever op zijn website. De machine ‘met 24 miljard natuurlijke micro-organismen’ is gebouwd door het Nederlandse bedrijf Paques.
 
Copyright (c) 2010 Biogas Nieuws and Powered by Blogger.